ECLI:NL:HR:2012:BV9620
Hoge Raad
- Cassatie
- Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen uitspraak Gerechtshof Arnhem inzake Wet waardering onroerende zaken en onroerendezaakbelastingen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 23 maart 2012 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. Het Gerechtshof had op 25 januari 2011 een beschikking gegeven met betrekking tot de Wet waardering onroerende zaken en een aanslag in de onroerendezaakbelastingen. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). Dit betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan, wat gebruikelijk is in gevallen waarin de rechtsvraag niet voor verdere behandeling in aanmerking komt. De uitspraak van het Gerechtshof blijft daarmee in stand, en de Hoge Raad heeft geen aanleiding gezien om de beslissing van het Gerechtshof te herzien. Deze uitspraak is relevant voor de toepassing van de Wet waardering onroerende zaken en de bijbehorende belastingheffing, en benadrukt de rol van de Hoge Raad in het cassatieproces.