ECLI:NL:HR:2012:BV8937
Hoge Raad
- Cassatie
- J.A.C.A. Overgaauw
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- C.B. Bavinck
- P.M.F. van Loon
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de rechtsgeldigheid van een mandaatbesluit en de gevolgen voor de uitspraak op bezwaar inzake inkomstenbelasting
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep van belanghebbende, X-Y, tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 15 juli 2010, betreffende een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2001. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aanslag, maar het Hof verklaarde het beroep ongegrond. De Hoge Raad behandelt de vraag of de niet-tijdige bekendmaking van een mandaatbesluit leidt tot de vernietiging van de uitspraak op bezwaar. De Hoge Raad oordeelt dat, ondanks het formele gebrek in de bekendmaking van het mandaatbesluit, de uitspraak op bezwaar door het Hof in stand kan blijven op basis van artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit artikel stelt dat een gebrek in de procedure niet leidt tot vernietiging van de uitspraak, mits de belanghebbende niet in haar belangen is geschaad.
De zaak betreft ook een kasopname van ƒ 50.000 door de echtgenoot van belanghebbende, die door de Inspecteur werd aangemerkt als een winstuitdeling. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet voldoende heeft gemotiveerd waarom deze stelling van belanghebbende niet is behandeld, wat kan leiden tot een vermindering van de aanslag. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof en verwijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem voor verdere behandeling. Tevens wordt de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende.