ECLI:NL:HR:2012:BV8180
Hoge Raad
- Cassatie
- J.A.C.A. Overgaauw
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- E.N. Punt
- C.H.W.M. Sterk
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslag omzetbelasting en toepassing Mededeling 40
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van X N.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag in de omzetbelasting voor het tijdvak van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001. De Inspecteur had de naheffingsaanslag opgelegd, welke na bezwaar door de Inspecteur werd gehandhaafd. De Rechtbank te Haarlem verklaarde het beroep ongegrond, waarna het Hof de uitspraak van de Rechtbank bevestigde. Belanghebbende, die een monumentaal gebouw beheert en dit tegen vergoeding ter beschikking stelt voor evenementen, stelde dat zij recht had op toepassing van de faciliteit van Mededeling 40, die verhuur van onroerende zaken door ondernemers in bepaalde gevallen vrijstelt van belasting. Het Hof oordeelde echter dat belanghebbende niet in aanmerking kwam voor deze faciliteit, wat leidde tot het cassatieberoep.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard. De Raad oordeelde dat het Hof in strijd met het gelijkheidsbeginsel had gehandeld door belanghebbende de toepassing van Mededeling 40 te onthouden. De Hoge Raad vernietigde de uitspraken van het Hof, de Rechtbank en de Inspecteur, en verklaarde de naheffingsaanslag onterecht. Tevens werd de Staat veroordeeld tot vergoeding van griffierechten en proceskosten aan belanghebbende. Dit arrest benadrukt de toepassing van het gelijkheidsbeginsel in belastingzaken en de noodzaak om ondernemers die vergelijkbare diensten aanbieden gelijk te behandelen.