3.1 In cassatie kan, voor zover nog van belang, van het volgende worden uitgegaan.
(i) [Verweerder] heeft een assurantiebedrijf geëxploiteerd door middel van de vennootschap [A] B.V., voorheen geheten [B] B.V. Deze vennootschap was gelieerd aan een groot aantal andere ondernemingen, merendeels eveneens gedreven door vennootschappen van [verweerder] (hierna tezamen: de [C] Groep). De [C] Groep werd gefinancierd door Rabobank.
(ii) In 2002 is de [C] Groep in financiële problemen gekomen. In verband daarmee is op 27 juni 2002 een convenant gesloten tussen Rabobank, de [C] Groep, [verweerder] en de belangrijkste verzekeraars waarmee het assurantiebedrijf zaken deed. Dat convenant betrof, naar de tekst ervan vermeldt, geen schuldenakkoord of sanering, maar had in de eerste plaats ten doel het "temporiseren van openstaande schulden en het tijdelijk financieren ter overbrugging, zodanig dat in de komende 18 maanden voldoende financieringsruimte ontstaat ter overleving van het assurantiebedrijf, de makelaardij en de vastgoedactiviteiten, allen deel uitmakend van de [C] Groep". Het convenant bevat "de voorwaarden van herstructurering (...) voor de komende 18 maanden en de condities waaronder de tekenende partijen bereid zijn het vertrouwen te geven aan de [C] Groep".
(iii) In het convenant wordt een additionele financieringsbehoefte tot medio 2003 van de [C] Groep vastgesteld van f 6.813.000,--. De herfinanciering van deze financieringsbehoefte vindt blijkens het convenant plaats door:
- Rabobank door tijdelijke verhogingen van de kredieten in rekening-courant van de [C] Groep tot een totaalbedrag van f 2 miljoen;
- de fiscus en het GAK door het toestaan van een 'grace period' vanaf 1 juni 2002 tot en met mei 2003, hetgeen tijdelijk f 1,2 miljoen zou opleveren, waarna betaling in zes gelijke termijnen zou moeten plaatsvinden;
- de verzekeraars door 60% bevriezing van de saldi van de rekeningen-courant die de [C] Groep met die verzekeraars onderhield.
(iv) Onder het kopje "Aflossing en termijnen" bepaalt het convenant dat de bevroren rekening-courantstanden met de verzekeraars in zes gelijke maandtermijnen worden afgelost, ingaande 1 januari 2003 en dat het niet-bevroren deel van de rekening-courantstanden in twee tranches in september en december 2002 aan de verzekeraars wordt betaald. Ten aanzien van de tijdelijke verhoging van de rekening-courantfaciliteit van f 2 miljoen, zoals verstrekt door Rabobank, wordt bepaald dat deze in acht maandelijkse termijnen wordt afgebouwd vanaf maart 2003.
(v) Het convenant vermeldt over zijn looptijd dat het in principe geldt voor de gehele periode beginnende op het moment van ondertekening per 30 juni 2002 tot en met 31 december 2003, echter met tussentijdse "ijk momenten" op 1 oktober 2002, 1 april 2003 en 1 oktober 2003 voor eventuele bijstellingen ervan. Voor zover partijen in dat kader constateren dat "binnen een redelijke en billijke bandbreedte voldaan wordt aan de condities zoals verwoord in dit convenant", zal volgens het convenant worden ingestemd met de volgende periode.
(vi) Als Bijlage 2 bevat het convenant een "Samenvatting Financieringsvoorstel Rabobank", waarin de in het convenant overeengekomen additionele financiering door Rabobank van f 2 miljoen nader wordt uitgewerkt. Dit stuk is de samenvatting van een financieringsregeling die naderhand in september 2002 is ondertekend door Rabobank en door [verweerder].
(vii) In het kader van het convenant en de onder (vi) genoemde regeling heeft Rabobank € 900.000 geleend aan [verweerder] in privé. [Verweerder] diende dat bedrag te gebruiken - hetgeen hij ook heeft gedaan - om 'overstanden' op enkele rekeningen-courant van [C]-vennootschappen aan te zuiveren.
(viii) Eind december 2002 heeft Rabobank op een tweetal rekeningen van vennootschappen van de [C] Groep het krediet verlaagd, met respectievelijk € 453.780,-- en € 399.532,--. Daarvan heeft zij bij brief van 31 december 2002 mededeling gedaan aan [verweerder].
(ix) In maart 2003 is een aantal vennootschappen van de [C] Groep gefailleerd.