ECLI:NL:HR:2012:BU8702
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Herziening van een arrest wegens persoonsverwisseling in het kader van de Wegenverkeerswet 1994
Op 17 januari 2012 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een herzieningszaak met nummer 10/03041 H. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. N. van Schaik, heeft een herzieningsaanvraag ingediend tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, dat op 6 december 2006 een eerdere veroordeling heeft vernietigd. De aanvrager was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken en een ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor de duur van negen maanden wegens overtreding van artikel 163, zesde lid, van de Wegenverkeerswet 1994.
De herzieningsaanvraag is gebaseerd op de stelling dat er sprake is van een persoonsverwisseling, wat een omstandigheid is die kan leiden tot herziening volgens artikel 457, eerste lid aanhef en onder 2° van het Wetboek van Strafvordering. De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd dat de aanvraag gegrond is en heeft de Hoge Raad geadviseerd om de tenuitvoerlegging van de eerdere uitspraak op te schorten en de zaak te verwijzen naar een ander gerechtshof voor herbehandeling.
De Hoge Raad heeft de aanvraag tot herziening gegrond verklaard en de opschorting van de tenuitvoerlegging van het arrest van het Gerechtshof bevolen. De zaak is verwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor een nieuwe behandeling, conform de bepalingen van artikel 467, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering. Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in strafzaken, vooral in situaties waarin persoonsverwisseling aan de orde is.