2.2.2. Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van de rechtbank Almelo op 17 augustus 2009, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik heb op 3 mei 2009 in de gemeente Hengelo een pistool en 6 patronen voorhanden gehad.
2. Het in de wettelijke vorm door verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2], hoofdagenten van politie, opgemaakt proces-verbaal, genummerd PL05GH/09-051491, gedateerd 3 mei 2009, pagina 9-10, voor zover inhoudende als relaas en/of bevindingen van voornoemde verbalisanten, zakelijk weergegeven:
Op 3 mei 2009 waren wij ter plaatse bij de ingang van café [A] in Hengelo (O). Daar spraken wij met portier [betrokkene 1]. Wij zagen dat hij keek naar videobeelden die daar live worden gevolgd via een televisiescherm. Daarna hoorden we dat portier [betrokkene 1] werd gevraagd om te gaan naar de toiletten in het café vanwege mogelijk druggebruik op die toiletten. Ik, verbalisant [verbalisant 1], zag op de videobeelden dat portier [betrokkene 1] sprak met twee jongens. Op dat moment was er een andere portier bij ons komen staan, die in directe verbinding stond met portier [betrokkene 1] via een portofoon. Ik hoorde dat deze portier zei dat portier [betrokkene 1] de man preventief aan het fouilleren was op mogelijk drugsbezit. Vlak daarop hoorde ik de portier zeggen dat portier [betrokkene 1] een kogel had aangetroffen in de broekzak van één van de jongens. Ik hoorde dat portier [betrokkene 1] de jongen mee zou nemen naar buiten aan de zijde van de nooduitgang. Wij zijn toen naar die nooduitgang gelopen.
Op het moment dat portier [betrokkene 1] met de jongen naar buiten kwam, hebben wij de verdachte van portier [betrokkene 1] overgenomen. In samenwerking met portier [betrokkene 1] hebben we de verdachte gefouilleerd. Ik, verbalisant [verbalisant 1], zie dat portier [betrokkene 1] de onderkant van de trui van verdachte iets omdraait. Op dat moment zie ik de kolf van een pistool. Dit pistool zat aan de voorzijde van de verdachte in de zoom van zijn trui gewikkeld. Hierop is de verdachte aangehouden voor het voorhanden hebben van een vuurwapen. Ik, verbalisant [verbalisant 1], heb het pistool uit de trui gehaald.
Verdachte
Naam : [achternaam verdachte]
Voornamen : [voornaam verdachte]
Geboortedatum : [geboortedatum] 1987 te [geboorteplaats]
3. Het in de wettelijke vorm door verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 4], brigadiers van politie, opgemaakt proces-verbaal, genummerd 09-051491, gedateerd 4 mei 2009, pagina 27-28, voor zover inhoudende als relaas en/of bevindingen van voornoemde verbalisanten, zakelijk weergegeven:
Op 4 mei 2009 werd een vuistvuurwapen met een patroonhouder met zes patronen aan ons overhandigd voor nader onderzoek. Dit vuistvuurwapen werd aangetroffen en in beslag genomen onder verdachte [verdachte], geboren [geboortedatum] 1987 te [geboorteplaats].
In het pistool staat de opdruk van het merk Zastava. Het kaliber is 6.35 mm.
Dit pistool is een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3, gelet op artikel 2, lid 1, categorie III onder 1 van de Wet Wapens en Munitie.
In de houder van bovenomschreven pistool zaten vier kogelpatronen en in de kamer zat een kogelpatroon, allen van het kaliber 6.35 mm. In de broekzak van verdachte was één patroon van het kaliber 6.35 mm aangetroffen.
De aangetroffen kogelpatronen zijn munitie in de zin van artikel 1, onder 4, gelet op artikel 2, lid 2, categorie III van de Wet Wapens en Munitie.
De bewijsmiddelen 2 en 3 zijn als bijlage gevoegd bij het in de wettelijke vorm door verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6], respectievelijk hoofdagent en brigadier van politie, opgemaakt hoofdproces-verbaal, genummerd TWENTE/09-002787, en gesloten op 15 juni 2009."