ECLI:NL:HR:2012:BU4968

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/04466
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over de vraag of een overeenkomst in privé of namens een bedrijf is aangegaan

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 januari 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een geschil tussen eiseres en Wesotronic B.V. De zaak betreft de vraag of een overeenkomst is aangegaan in privé of namens een bedrijf. Eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. P. Garretsen, heeft cassatie ingesteld tegen het eindarrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage, dat op 30 maart 2010 was gewezen. Het hof had eerder in een tussenarrest op 18 november 2008 al een oordeel geveld over de zaak. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen van de rechtbank Rotterdam en de arresten van het hof, die aan deze uitspraak zijn gehecht.

De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekte tot verwerping van het beroep, met toepassing van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de uitspraak van het hof bevestigt en het beroep in cassatie verwerpt.

Daarnaast heeft de Hoge Raad eiseres veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 491,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris aan de zijde van Wesotronic. De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven, en de zaak is behandeld door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk en G. Snijders.

Uitspraak

13 januari 2012
Eerste Kamer
10/04466
EV/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiseres],
wonende te [woonplaats],
EISERES tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
WESOTRONIC B.V.,
gevestigd te Barendrecht,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. S. Kousedghi.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiseres] en Wesotronic.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 271010/HA ZA 06-2873 van de rechtbank Rotterdam van 20 december 2006, 16 mei 2007 en 23 juli 2008;
b. de arresten in de zaak 200.016.730/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 18 november 2008 (tussenarrest) en 30 maart 2010 (eindarrest).
De arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het eindarrest van het hof heeft [eiseres] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Wesotronic heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping met toepassing van art. 81 RO.
De advocaat van [eiseres] heeft bij brief van 25 november 2011 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiseres] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Wesotronic begroot op € 491,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.A. Streefkerk en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 13 januari 2012.