b. De verklaring van [slachtoffer] houdt het volgende in:
"Tussen woensdag 26 december 2007 te 16.28 uur en woensdag 26 december 2007 te 17.45 uur werd op de [a-straat 1], [plaats], het in de aanhef vermelde feit gepleegd.
Ik ben sinds 2005 gescheiden van mijn ex-man genaamd [verdachte]. Ik zal hem in mijn verdere verklaring [verdachte] noemen. Uit deze relatie zijn drie kinderen voortgekomen. Tijdens mijn huwelijk die 8 jaar heeft geduurd heeft hij mij meerdere malen mishandeld. Ik heb een beschadigde zenuw in mijn nek. Ik ben meerdere malen bewusteloos geslagen. Ik heb gekneusde ribben gehad. Toen ik zwanger was van de jongste heeft hij me dusdanig in elkaar geslagen dat ik een geneusde heup had. Er zijn toen ook echo's genomen van mijn buik omdat ze bang waren dat er iets met de baby was. Hij heeft ook een aantal kiezen eruit geslagen. Ik heb toen nooit aangifte gedaan van de mishandelingen. Ik heb het wel gemeld bij de politie. Mijn huisarts heeft wel een dossier bijgehouden. U krijgt van mij de toestemming om mijn medische gegevens bij mijn huisarts Ik ben al die tijd ook bij het RIAGG geweest voor behandelingen.
Sinds de scheiding wordt ik regelmatig door hem lastig gevallen. Ik heb die keren dat dit voorkwam ook de politie gebeld. Ik heb een gedeelde voogdij over de kinderen. Dit is geregeld in een overeenkomst. Alles gaat in principe prima. We bespreken veel dingen samen die de kinderen aangaan. Ik woon samen met mijn kinderen in en flat aan de [a-straat 1] te [plaats]. De toegang tot de flat gaat via een gedeelde portiekdeur. Deze deur kan je middels een knop vanuit mijn woning openen.
Op woensdag 26/12/2007, omstreeks 16:00 uur, zou [verdachte] de kinderen komen ophalen. De kinderen zouden tweede kerstdag bij de familie van mijn ex-man gaan vieren. Toen hij de kinderen kwam halen was het inmiddels al 16:30 uur en belde hij aan de deur. Ik nam afscheid van de kinderen en liep naar de deur. Ik liet ze een (1) voor een (1) naar buiten. Ik zag dat hij plotseling voor de deur stond. Kennelijk had mijn zoon [betrokkene 1] de gezamelijke deur geopend zodat hij binnen is gekomen.
Nadat de kinderen buiten waren wilde ik de deur sluiten. Ik kon de deur niet sluiten omdat [verdachte] zijn voet tussen de deur had gezet. Ik hoorde dat hij zei: "Waarom heeft hij zijn pak niet aan?" Hij wees naar mijn oudste zoon [betrokkene 1]. [Betrokkene 1] heeft een wit kostuum van zijn vader gekregen afgelopen zomer.
Ik heb gisteren nog kontakt met [verdachte] gehad en hij had mij niet gezegd dat hij wilde dat [betrokkene 1] het witte kostuum aan zou doen. Ik wist dus van niets. Ik heb de keuze gelaten bij de kinderen wat ze wilden dragen. Ze waren netjes gekleed voor tweede kerstdag.
Ik zei tegen [verdachte] dat ik het niet wist. Ik vertelde hem dit ook. Ik hoorde dat hij zei: "Waar ben je met je hoofd? Ik heb je het toch al een keer gezegd, heb je het niet gehoord ofzo?" Of woorden van gelijke strekking. Hij was boos en zei heel veel dingen. Ik legde hem uit dat ze gingen spelen met hun neefjes en nichtjes. Dat het zonde zou zijn om [betrokkene 1] een wit pak aan te laten trekken. Het maakte voor mij ook niet uit. Ik had het pak nog gepakt en tegen [verdachte] gezegd dat hij het kon meenemen. Hij bleef maar door gaan met schelden. Ik zei tegen hem: "Doe niet zo onbeschoft."
Ik zag en voelde dat hij de deur met kracht en veel snelheid open duwde terwijl ik er nog achter stond. Hierbij kwam de voordeur tegen mijn linker jukbeen aan. Ik heb hier pijn en heb last van mijn kaak. Ik kwam namelijk tussen de voordeur en de badkamerdeur terecht met mijn hoofd. Ik heb ook last van mijn rechterhand. Deze kwam klem te zitten tussen de deurkrukken van de voordeur en de badkamerdeur. Mijn bril was van mijn gezicht geslagen door de deur en hing nog aan een (1) oor. Vervolgens probeerde hij binnen te komen. Ik probeerde hem weg te duwen. Ik kreeg hem de deur niet uit. Ik zag dat hij zijn hand ophief en mij een klap gaf met mijn rechter hand. Dit deed hij met een vlakke hand. Ik voelde pijn aan de rechterzijde van mij gezicht.
Ik zei tegen hem dat hij de deur uit moest. Hij daagde mij uit en zei: "Ik ga er niet uit het is mijn huis." Ik zei tegen hem dat ik de politie ging bellen. Hij zei: "Bel ze maar, ga ze maar bellen dan, dat zullen we wel zien. Ik blijf wel." Ik ben toen naar de slaapkamer gegaan en heb de telefoon gepakt. [Verdachte] liep mee. Ik heb toen de politie gebeld. [Verdachte] stond naast mij en luisterde mee. Ik wilde hem niet in huis hebben en heb na lang aandringen hem zover gekregen dat hij de woning verliet. Hij is toen samen met de kinderen naar de auto gelopen. Ik heb toen de politie gebeld en hen verteld dat hij de woning uit was.
Toen de politie arriveerde was hij inmiddels weggereden met de kinderen. [Verdachte] belde mij op mijn mobiel en de politie heeft hem gevraagd terug te komen. Hij is nadat hij terugkwam aangehouden door de politie.
Aan niemand werd het recht of de toestemming gegeven tot het plegen van het feit.
Terwee gegevens
Schadeverhaal op verdachte: Ja
Verzekerd: Ja bij Zilveren Kruis Nv
Bericht afdoening: Ja
Wenst slachtofferhulp: Nee
Bezw. doorgeven personalia: Ja
Voegen terzitting: Ja
Medewerker slachtofferzorg: [betrokkene 2]"
Nadat ik, [betrokkene 3], de verklaring van de aangeefster had voorgelezen, volhardde zij daarbij, waarna wij ondertekenden."