ECLI:NL:HR:2012:BU3438

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 januari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/04457
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over nakoming betalingsregeling in verbintenissenrecht

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 januari 2012 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door [eiser] tegen KPN B.V. Het geschil betreft de nakoming van een betalingsregeling. De zaak is voortgekomen uit een vonnis van de kantonrechter te Rotterdam, gedateerd 29 juli 2009, waartegen [eiser] beroep in cassatie heeft ingesteld. KPN B.V. is niet verschenen in deze procedure, waardoor verstek is verleend. De advocaat van [eiser], mr. P. Garretsen, heeft de zaak toegelicht aan de Hoge Raad.

De conclusie van de Advocaat-Generaal P. Vlas was om het beroep van [eiser] te verwerpen, met toepassing van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en het beroep verworpen. Tevens is [eiser] veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van KPN zijn begroot op nihil. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten die in het middel zijn aangevoerd, niet tot cassatie konden leiden. Dit was volgens de Hoge Raad niet verder te motiveren, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Het arrest is openbaar uitgesproken en is een belangrijke uitspraak binnen het verbintenissenrecht, met name met betrekking tot de nakoming van betalingsregelingen. De uitspraak benadrukt de rol van de Hoge Raad in het waarborgen van rechtszekerheid en het handhaven van de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

13 januari 2012
Eerste Kamer
10/04457
EE/AS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Eiser],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
KPN B.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en KPN.
1. Het geding in feitelijke instantie
Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar het vonnis in de zaak 951297/CV EXPL 09-827 van de kantonrechter te Rotterdam van 29 juli 2009.
Het vonnis van de kantonrechter is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het vonnis van de kantonrechter heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen KPN is verstek verleend.
De zaak is voor [eiser] toegelicht door zijn advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal P. Vlas strekt tot verwerping van het beroep met toepassing van art. 81 RO.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van KPN begroot op nihil.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, C.A. Streefkerk en G. Snijders, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 13 januari 2012.