ECLI:NL:HR:2012:BT8641
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- G. Snijders
- Rechtspraak.nl
Cassatie over koop- en aannemingsovereenkomst en bewijslevering
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door RESORT AQUASTAETE B.V. tegen [verweerder] naar aanleiding van een geschil over een koop- en aannemingsovereenkomst. De overeenkomst, gesloten op 30 maart 2002, betrof de verkoop van een perceel bouwgrond met daarop een recreatiewoning in aanbouw. Na de levering op 10 juli 2002 bleek het perceel 55 m2 groter te zijn dan in de overeenkomst vermeld, wat leidde tot een vordering van Aquastaete voor betaling van een bedrag van € 5.191,93 wegens overmaat van de verkochte grond. In reconventie vorderde [verweerder] € 25.047,-- als schadeloosstelling wegens dwaling en/of bedrog, stellende dat Aquastaete de ligging van de woning onjuist had voorgesteld.
De rechtbank heeft de vordering van Aquastaete in conventie afgewezen, maar de reconventionele vordering van [verweerder] toegewezen. Het hof bekrachtigde het vonnis in conventie, maar vernietigde het vonnis in reconventie, waardoor de vordering van [verweerder] werd afgewezen. In cassatie werd door Aquastaete betoogd dat het hof ten onrechte bewijslevering door [verweerder] had afgewezen, omdat deze niet voldoende feiten had gesteld om tot bewijslevering te worden toegelaten. De Hoge Raad oordeelde dat het oordeel van het hof juist was, omdat [verweerder] niet voldoende had gemotiveerd dat er na de ondertekening van de overeenkomst grond was gestort in de watergang, en dat het bewijsaanbod onvoldoende concreet was.
De Hoge Raad verwierp zowel het principale als het incidentele beroep en veroordeelde Aquastaete in de kosten van het geding in cassatie, evenals [verweerder] in de kosten aan de zijde van Aquastaete. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en openbaar uitgesproken op 6 januari 2012.