ECLI:NL:HR:2011:BU4217
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot machtiging hypotheekhouder op basis van artikel 3:267 BW
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 december 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure waarbij de eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Garretsen, in beroep ging tegen een beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een verzoek van de hypotheekhouder, ABN AMRO BANK N.V., om machtiging te verlenen op de voet van artikel 3:267 van het Burgerlijk Wetboek. De rechtbank Middelburg had eerder op 25 maart 2010 een beschikking gegeven, gevolgd door een beschikking van het hof op 7 juli 2010. De Hoge Raad verwijst naar deze eerdere beschikkingen voor het verloop van het geding in feitelijke instanties.
De advocaat-generaal J. Wuisman heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, en de Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiser veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 359,38 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in het middel zijn aangevoerd niet tot cassatie kunnen leiden, en dat verdere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven, en de uitspraak is van belang voor de rechtsontwikkeling met betrekking tot de machtiging van hypotheekhouders.