ECLI:NL:HR:2011:BU3780
Hoge Raad
- Cassatie
- E.J. Numann
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- F.B. Bakels
- C.A. Streefkerk
- C.E. Drion
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Uitleg van een kwijtingsbeding in een echtscheidingsconvenant
In deze zaak, die op 16 december 2011 door de Hoge Raad is behandeld, betreft het een cassatieberoep ingesteld door de vrouw tegen de arresten van het gerechtshof te Amsterdam. De vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J. van Duijvendijk-Brand, had beroep in cassatie ingesteld tegen de eerdere uitspraken van de rechtbank Alkmaar en het gerechtshof. De man, vertegenwoordigd door mr. A.H.M. van den Steenhoven, heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de klachten die door de vrouw in het cassatiemiddel zijn aangevoerd. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten niet tot cassatie konden leiden, en dat er geen nadere motivering nodig was, gezien artikel 81 RO. Dit artikel stelt dat klachten die niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling, niet verder hoeven te worden gemotiveerd. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep verworpen en de kosten van het geding in cassatie gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. Dit arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven.