ECLI:NL:HR:2011:BT2670

Hoge Raad

Datum uitspraak
13 december 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/02995
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • F.H. Koster
  • B.C. de Savornin Lohman
  • W.M.E. Thomassen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de inbeslagname van een spuitbus als wapen onder de Wet wapens en munitie

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 december 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem. De verdachte was op 15 november 2007 in Tiel aangehouden met een spuitbus, die volgens de aanklacht viel onder de Wet wapens en munitie, categorie IV. De verdediging stelde dat de spuitbus, een X-marker, legaal was en niet als wapen kon worden aangemerkt. De Hoge Raad oordeelde dat het Hof onvoldoende had gemotiveerd waarom de spuitbus als een voorwerp in de zin van de Wet wapens en munitie moest worden gekwalificeerd. De Hoge Raad benadrukte dat de verdediging een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt had ingenomen, wat de noodzaak met zich meebracht voor het Hof om dit standpunt adequaat te adresseren in hun uitspraak. De Hoge Raad vernietigde het bestreden arrest en verwees de zaak terug naar het Gerechtshof voor herbehandeling. Dit arrest benadrukt het belang van zorgvuldige motivering door de lagere rechters bij de beoordeling van de kwalificatie van voorwerpen als wapens.

Uitspraak

13 december 2011
Strafkamer
nr. 10/02995
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem van 13 november 2009, nummer 21/001580-09, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1968, wonende te [woonplaats].
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. F.A. ten Berge, advocaat te Utrecht, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.
2. Bewezenverklaring en bewijsvoering
2.1. Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat:
"hij op 15 november 2007 te Tiel (een) spuitbus, zijnde (een) voorwerp(en) als bedoeld in de categorie IV van de Wet wapens en munitie heeft gedragen."
2.2. Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. het hiervoor in het proces-verbaal ter terechtzitting onder 1 vermelde mini-proces-verbaal, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant, zakelijk weergegeven:
Ik constateerde op 15 november 2007 om 18.00 uur op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Eerste Bleekveldstraat te Tiel, gemeente Tiel, door betrokkene/verdachte de volgende overtreding werd verricht: Wapen dragen.
De betrokkene/verdachte gaf, daarnaar gevraagd, op:
Naam: [achternaam verdachte]
Voornamen: [voornamen verdachte]
Geboorteplaats: [geboorteplaats]
Geboortedatum: [geboortedatum]-1968
Overtredinggegevens: art. 2 lid 1 categorie IV onder 7 Wet wapens en munitie.
2. het als bijlage bij het hiervoor in het proces-verbaal ter terechtzitting onder 1 vermelde proces-verbaal, gevoegde, niet ondertekende proces-verbaal van de regiopolitie Gelderland Zuid, op 11 december 2007 opgemaakt door [verbalisant 1] voornoemd, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant, zakelijk weergegeven:
Ik constateerde dat een persoon een voorwerp, zijnde een wapen in de zin van artikel 2, lid 1 categorie IV onder 7 van de Wet wapens en munitie droeg.
Datum: 15 november 2007
Omstreeks : 18.00 uur
Plaats: Tiel
Gemeente: Tiel
Locatie: Eerste Bleekveldstraat, binnen een als zodanig aangeduide bebouwde kom.
Verdachte werd op de Eerste Bleekveldstraat aangehouden terzake een ander feit. Bij visitatie voor insluiting kwam de spuitbus uit zijn jaszak.
Verdachte werd staande gehouden en verstrekte mij, daarnaar gevraagd, de volgende persoonsgegevens:
Naam: [achternaam verdachte]
Voornamen: [voornamen verdachte]
Geboorteplaats: [geboorteplaats]
Geboortedatum: [geboortedatum]-1968
3. het als bijlage bij het hiervoor in het proces-verbaal ter terechtzitting onder 1 vermelde proces-verbaal, gevoegde, niet ondertekende proces-verbaal van de regiopolitie Gelderland Zuid, op 11 december 2007 opgemaakt door [verbalisant 1] voornoemd, voor zover inhoudende een kennisgeving van inbeslagneming algemeen:
De volgende voorwerpen werden in beslaggenomen:
uniek volgnr: 1
soort: spuitbus
aantal: 1
merk: xmarker
kleur: rood
datum aangetr: 16 november 2007
waarde p. stuk: 0.00
bijzonderheden: zakspuitbusje voor persoonlijke beveiliging
4. de verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep, voor zover inhoudende als relaas van verdachte, zakelijk weergegeven:
De spuitbus die van mij in beslag is genomen is een doodgewone X-marker. Het is een busje met een vloeistof erin die opschuimt en dan blijft de verf drie dagen op iemands gezicht zitten."
3. Beoordeling van het middel
3.1. De Hoge Raad begrijpt het middel aldus dat het klaagt dat de bewezenverklaring ontoereikend is gemotiveerd in het licht van een in hoger beroep door de verdediging ingenomen uitdrukkelijk onderbouwd standpunt.
3.2. Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep houdt in:
"De verdachte verklaart - zakelijk weergegeven - als volgt:
(...)
De spuitbus die van mij in beslag is genomen is een doodgewone X-marker. Het is een busje met een vloeistof erin die opschuimt en dan blijft de verf drie dagen op iemands gezicht zitten. Het busje is rood en de verf is blauw. Men noemt het ook wel eens smurfenspray. Het is volkomen legaal, je kan het gewoon in Nederland kopen.
De raadsheer geeft aan dat het hier gaat om categorie IV, onderdeel 7. Onder deze categorie vallen voorwerpen die niet bedoeld zijn als wapen maar die, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder ze worden aangetroffen, wel als zodanig gebruikt worden en die niet onder een van de andere categorieën vallen.
De advocaat-generaal voert het woord, leest de vordering voor en legt deze aan het hof over (bijlage I).
De raadsvrouw van verdachte verklaart - zakelijk weergegeven - als volgt:
Het verbaast verdachte dat het onder categorie IV wordt geduid en niet onder categorie II sub 6.
De spray komt in veel programma's voor op tv, te denken valt aan Kassa en verschillende programma's op RTL5 en Veronica. Daarnaast wordt de spray aangeboden op internet. Ik overleg een aantal stukken waaruit blijkt dat de spray daadwerkelijk op internet te koop is.
X-marker is legaal en het is het maximale wat je kan gebruiken, dus geen categorie II sub 6. Wel categorie IV? Dat is aan het oordeel van het hof."
3.3. Hetgeen ter terechtzitting in hoger beroep door en namens de verdachte is aangevoerd is niet van louter feitelijke aard maar stelt daarnaast de rechtsvraag aan de orde of de onder de verdachte inbeslaggenomen spuitbus een voorwerp is als bedoeld in de categorie IV van de Wet wapens en munitie. Daarmee is een uitdrukkelijk onderbouwd standpunt in de zin van art. 359, tweede lid tweede volzin, Sv ingenomen. Bij niet aanvaarding daarvan dienen in het bijzonder de redenen die daartoe hebben geleid in het arrest te worden opgenomen.
3.4. Het voorgaande brengt mee dat het Hof nader had behoren te motiveren waarom het van oordeel was dat de genoemde vraag bevestigend diende te worden beantwoord. Dat heeft het Hof nagelaten. Het middel is dan ook terecht voorgesteld.
4. Slotsom
Hetgeen hiervoor is overwogen, brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.
5. Beslissing
De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Arnhem, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren B.C. de Savornin Lohman en W.M.E. Thomassen, in bijzijn van de waarnemend griffier S.C. Rusche, en uitgesproken op 13 december 2011.