ECLI:NL:HR:2011:BT2087
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de behandeling van een klaagschrift in het openbaar volgens art. 552a Sv
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 november 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beschikking van de Rechtbank te Zwolle-Lelystad. Het betreft een klaagschrift dat was ingediend door de klager, geboren in 1986, en vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. S.R. Bordewijk. De kern van de zaak draait om de vraag of de behandeling van het klaagschrift in het openbaar heeft plaatsgevonden, zoals vereist door artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De Hoge Raad oordeelt dat het proces-verbaal van de behandeling door de raadkamer op 24 juni 2009 niet vermeldt dat de behandeling in het openbaar heeft plaatsgevonden. Dit is in strijd met de wettelijke vereisten, waardoor de bestreden beschikking nietig is. De Advocaat-Generaal Knigge had geconcludeerd tot vernietiging van de beschikking, en de Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd. De zaak is vervolgens verwezen naar het Gerechtshof te Leeuwarden voor een nieuwe behandeling van het klaagschrift. De uitspraak benadrukt het belang van de openbaarheid van de rechtszitting en de gevolgen van het niet naleven van deze procedurele vereisten.