ECLI:NL:HR:2011:BT1875
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- Y. Buruma
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de toepassing van art. 31 WOTS en overleveringsdetentie
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 november 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van de Rechtbank te Amsterdam. De zaak betreft een verzoek van de Bondsrepubliek Duitsland tot overname van de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing tegen de veroordeelde, die in Nederland in overleveringsdetentie was. De veroordeelde, geboren in 1963, was ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting 'Amsterdam, locatie Het Schouw'. De advocaat van de veroordeelde, mr. B.P. de Boer, heeft middelen van cassatie voorgesteld, waarbij de Advocaat-Generaal Jörg heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend voor zover de Rechtbank heeft verzuimd artikel 31, tweede lid, van de Wet Overlevering en Uitvoering Verdragen (WOTS) toe te passen met betrekking tot de door de veroordeelde in Nederland doorgebrachte overleveringsdetentie.
De Hoge Raad oordeelde dat de exequaturrechter bij zijn beslissing moet uitgaan van de juistheid van de veroordeling door de buitenlandse rechter, tenzij er sprake is van een flagrante miskenning van fundamentele beginselen van een behoorlijke strafrechtspleging. De raadsman van de veroordeelde heeft aangevoerd dat er in Duitsland geen eerlijk proces heeft plaatsgevonden, maar de Hoge Raad oordeelde dat de aangevoerde gronden niet voldoende waren om aan te nemen dat er sprake was van een dergelijke miskenning.
De Hoge Raad heeft de bestreden uitspraak vernietigd, maar enkel voor zover de Rechtbank heeft verzuimd te bevelen dat de tijd die de veroordeelde in overleveringsdetentie heeft doorgebracht, in mindering wordt gebracht op de opgelegde gevangenisstraf. De Hoge Raad heeft bepaald dat deze detentie in mindering moet worden gebracht op de opgelegde straf, en heeft het beroep voor het overige verworpen. De uitspraak van de Hoge Raad is van belang voor de toepassing van de WOTS en de rechten van veroordeelden in overleveringszaken.