ECLI:NL:HR:2011:BS1732
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- W.A.M. van Schendel
- W.F. Groos
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof 's-Gravenhage in strafzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage, gedateerd 4 februari 2010, met nummer 22/002403-09. De verdachte heeft het beroep ingesteld via zijn raadsman, mr. H. Sytema, die middelen van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal, Vegter, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft op 25 oktober 2011 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de middelen van de verdachte niet tot cassatie konden leiden. De Hoge Raad oordeelde dat de middelen geen nadere motivering behoefden, aangezien zij niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De beslissing van de Hoge Raad was om het beroep te verwerpen, en dit arrest is gewezen door vice-president F.H. Koster, samen met de raadsheren W.A.M. van Schendel en W.F. Groos, in aanwezigheid van waarnemend griffier J.D.M. Hart.