ECLI:NL:HR:2011:BQ9888
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Cassatie over uitvoering overeenkomst van aanneming en onbetaalde facturen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 16 september 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de curator van de failliete besloten vennootschap [A] B.V. De curator had beroep in cassatie ingesteld tegen een tussenarrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Dit tussenarrest volgde op een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage, waarin de rechtbank had geoordeeld over de uitvoering van een overeenkomst van aanneming en de gevolgen van onbetaald gebleven facturen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere uitspraken en de procedure in feitelijke instanties, waarbij de curator de procedure op basis van artikel 27 van de Faillissementswet heeft overgenomen. De advocaat-generaal J. Wuisman heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de curator veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 4.296,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.