ECLI:NL:HR:2011:BQ8105
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- W.A.M. van Schendel
- Rechtspraak.nl
Vordering tot verdeling ontbonden huwelijksgoederengemeenschap
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 september 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende de verdeling van een ontbonden huwelijksgoederengemeenschap. De eiseres tot cassatie, de vrouw, had beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 8 december 2009 was gewezen. De vrouw was vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. R.T.R.F. Carli, terwijl de verweerder in cassatie, de man, niet verschenen was. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank Breda en het arrest van het hof, die aan deze zaak ten grondslag liggen. De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda was om het beroep te verwerpen. De Hoge Raad heeft het beroep inderdaad verworpen en de kosten van het geding in cassatie gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten die in het cassatiemiddel naar voren zijn gebracht, niet tot cassatie konden leiden. Dit was volgens de Hoge Raad niet nodig om nadere motivering te geven, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.