ECLI:NL:HR:2011:BQ6077
Hoge Raad
- Herziening
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Herziening van een vonnis inzake diefstal met valse sleutel en de betrouwbaarheid van geuridentificatieproeven
Op 4 oktober 2011 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een zaak betreffende de herziening van een vonnis van de Politierechter in de Rechtbank te Zwolle. De aanvrager, geboren in 1961 en wonende te [woonplaats], had een gevangenisstraf van één maand voorwaardelijk en een taakstraf van 120 uren opgelegd gekregen voor diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij gebruik was gemaakt van een valse sleutel. De aanvrage tot herziening was ingediend door mr. V.C. van der Velde, advocaat te Almere, op basis van nieuwe feiten die de betrouwbaarheid van de geuridentificatieproef in twijfel trokken.
De Hoge Raad oordeelde dat de aanvrager niet had kunnen worden veroordeeld als de rechter op de hoogte was geweest van de onregelmatigheden rondom de geuridentificatieproef. De conclusie van de Procureur-Generaal, Fokkens, was dat de aanvrage gegrond was en dat de zaak opnieuw behandeld moest worden door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De Hoge Raad verklaarde de aanvrage tot herziening gegrond en beval de opschorting van de tenuitvoerlegging van het vonnis van de Politierechter.
De uitspraak benadrukt het belang van de betrouwbaarheid van bewijsmiddelen in strafzaken, vooral wanneer het gaat om geuridentificatieproeven die in het verleden mogelijk onjuist zijn uitgevoerd. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de aanvrager, indien de onregelmatigheden bekend waren geweest, waarschijnlijk niet veroordeeld zou zijn. Dit arrest is een belangrijke uitspraak in het kader van herziening van strafzaken en de waarborging van een eerlijk proces.