ECLI:NL:HR:2011:BQ4221
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Cassatie over verbeurdverklaring en onttrekking aan verkeer van inbeslaggenomen voorwerpen
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarin de verdachte is veroordeeld voor het opzettelijk binnenbrengen van cocaïne in Nederland. De Hoge Raad behandelt de middelen van cassatie die zijn ingediend door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaten mr. B.P. de Boer en mr. M. van Delft. De Advocaat-Generaal Vellinga heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing naar het Hof voor herbehandeling.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet voldoende heeft gemotiveerd dat de verbeurdverklaring van de inbeslaggenomen voorwerpen, waaronder notitieblokken en een koffer, terecht was. Het Hof had moeten verduidelijken op basis van welk onderzoek ter terechtzitting het oordeel was gebaseerd dat de bewezenverklaring ook met de notitieblokken was begaan of voorbereid. Daarnaast ontbrak een duidelijke motivering voor de onttrekking aan het verkeer van de koffer, die volgens het Hof in strijd was met de wet of het algemeen belang.
De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam, zodat de zaak opnieuw kan worden berecht en afgedaan. Dit arrest is gewezen op 12 juli 2011 door de vice-president en twee raadsheren, en is van belang voor de rechtspraktijk met betrekking tot de motivering van verbeurdverklaring en onttrekking aan het verkeer van inbeslaggenomen voorwerpen.