ECLI:NL:HR:2011:BP5535
Hoge Raad
- Cassatie
- D.G. van Vliet
- P. Lourens
- E.N. Punt
- J.A.C.A. Overgaauw
- P.M.F. van Loon
- Rechtspraak.nl
Cassatie over naheffingsaanslagen BPM en verzoeken om teruggaaf
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van Firma X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 augustus 2009, waarin naheffingsaanslagen in de belasting van personenauto's en motorrijwielen aan de belanghebbende zijn opgelegd. De naheffingsaanslagen werden opgelegd na bezwaar van de belanghebbende, waarbij de Inspecteur de aanslagen handhaafde. De Rechtbank te Arnhem verklaarde het beroep van de belanghebbende ongegrond, waarna het Hof de uitspraak van de Rechtbank bevestigde. De belanghebbende heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Hof.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen van de belanghebbende falen. De Hoge Raad bevestigt dat ingevolge artikel 16, lid 1, van de Wet BPM, op aanvraag teruggaaf van belasting kan worden verleend onder bepaalde voorwaarden. De Hoge Raad stelt vast dat de verzoeken van de belanghebbende om teruggaaf van belasting zijn aan te merken als verzoeken die ingevolge de belastingwet zijn gedaan, zoals bedoeld in artikel 20, lid 1, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). Het Hof heeft terecht geoordeeld dat de Inspecteur de teruggaven van belasting kan naheffen, omdat de verzoeken van de belanghebbende hun grondslag vinden in artikel 16 van de Wet BPM.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president D.G. van Vliet als voorzitter, en de raadsheren P. Lourens, E.N. Punt, J.A.C.A. Overgaauw en P.M.F. van Loon, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski, en is openbaar uitgesproken op 25 februari 2011.