ECLI:NL:HR:2011:BP2319

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 maart 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/00713
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroepsaansprakelijkheid van een advocaat en de gevolgen van onjuiste advisering

In deze zaak, die op 18 maart 2011 door de Hoge Raad is behandeld, gaat het om een cassatieberoep van Europlan Holding B.V., Europlan Ontwikkeling B.V. en Vastgoed Moorwijk B.V. tegen een eerder arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De eisers, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A.M.A. Sluysmans van Loyens & Loeff N.V., stellen dat hun advocaat hen onjuist heeft geadviseerd en dat dit heeft geleid tot onnodig gevoerde procedures. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen en arresten die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak, waaronder een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 4 juli 2007 en een arrest van het hof van 8 september 2009. De advocaat van de verweerder, Loyens & Loeff, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Advocaat-Generaal J. Spier heeft eveneens geadviseerd om het beroep te verwerpen. De Hoge Raad heeft het beroep uiteindelijk verworpen en Europlan c.s. veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 5.786,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden, en dat verdere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uitspraak

18 maart 2011
Eerste kamer
10/00713
DV/IF
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. EUROPLAN HOLDING B.V.,
2. EUROPLAN ONTWIKKELING B.V.,
3. VASTGOED MOORWIJK B.V.,
alle gevestigd te Eersel,
EISERESSEN tot cassatie,
advocaat: mr. J.A.M.A. Sluysmans,
t e g e n
LOYENS & LOEFF N.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaten: aanvankelijk mr. J. Brandt en mr. E. Grabandt, thans mr. G.R. den Dekker en mr. C. van Bunningen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Europlan c.s. en Loyens & Loeff.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak met de zaaknummers 133352, 133355 en 133357 van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 4 juli 2007;
b. het arrest in de zaak HD 103.005.814 van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 8 september 2009.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof hebben Europlan c.s. beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Loyens & Loeff heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Europlan c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Loyens & Loeff begroot op € 5.786,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J.B. Fleers als voorzitter en de raadsheren A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 18 maart 2011.