ECLI:NL:HR:2011:BP2274
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C. Schaap
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de inhouding van loonheffing en de WGA-premie als negatief loon
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende X tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 21 januari 2010, betreffende een ingehouden bedrag aan loonbelasting en premie volksverzekeringen over januari 2007. De Inspecteur had loonheffing ingehouden, maar het bezwaar van belanghebbende tegen deze inhouding werd ongegrond verklaard. De Rechtbank te Haarlem heeft het beroep van belanghebbende gegrond verklaard en de uitspraak van de Inspecteur vernietigd, maar het Hof heeft deze uitspraak weer vernietigd en het beroep ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de werkgever op het netto-loon van belanghebbende een bedrag van € 6,57 heeft verhaald, wat betreft de WGA-premie. De Hoge Raad oordeelt dat de op belanghebbende verhaalde WGA-premie niet in mindering komt op het loon waarover loonheffing is verschuldigd. Dit betekent dat het loon van belanghebbende waarover loonheffing is ingehouden, verminderd dient te worden met het bedrag van de op hem verhaalde WGA-premie. De Hoge Raad concludeert dat er € 3,42 minder loonheffing had moeten worden ingehouden, en dat dit bedrag door de Inspecteur aan belanghebbende moet worden teruggegeven.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie gegrond, vernietigt de uitspraak van het Hof, bevestigt de uitspraak van de Rechtbank en gelast dat de Staat aan belanghebbende het griffierecht vergoedt. Tevens worden de kosten van het geding in cassatie en voor het Hof aan belanghebbende vergoed. Dit arrest is gewezen door de vice-president en vier raadsheren, en is openbaar uitgesproken op 8 april 2011.