ECLI:NL:HR:2011:BP1406
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- W.A.M. van Schendel
- Rechtspraak.nl
Cassatie over beloning en participatie in niet uitgevoerd project tussen werkgever en werknemer
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 4 maart 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een arbeidsconflict tussen een werkgever en werknemer. De werknemer, [verweerder], had een vordering ingesteld tegen zijn werkgever, [eiseres], voor een bedrag van € 950.724, dat hij claimde als gevolg van een niet uitgevoerd project, waar hij een participatie in had gekregen. De werknemer was in dienst bij de werkgever en had in de loop der jaren onderhandelingen gevoerd over zijn beloning, die culmineren in een overeenkomst van 6 januari 1997. Deze overeenkomst stipuleerde dat de werknemer recht had op een winstbonus van ƒ 100.000,- bruto per jaar, en een salarisverhoging. Echter, het project waar de werknemer recht op had, is nooit uitgevoerd, wat leidde tot een geschil over de waarde van zijn participatie.
De kantonrechter had de vordering van de werknemer toegewezen, maar het hof had dit vonnis bekrachtigd met een correctie van de ingangsdatum van de wettelijke rente. De Hoge Raad oordeelde dat de afspraken die waren gemaakt tussen partijen niet als een vaststellingsovereenkomst konden worden gekwalificeerd, maar als nieuwe honoreringsafspraken. De Hoge Raad bevestigde dat de werknemer recht had op de winstcapaciteit van het project, ondanks dat het project niet was doorgegaan. De Hoge Raad verwierp het cassatieberoep van de werkgever en oordeelde dat de belastingheffing over de schadevergoeding niet in mindering kon worden gebracht op het bedrag dat aan de werknemer toekwam. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke afspraken in arbeidsrelaties en de gevolgen van niet-uitgevoerde projecten voor de beloning van werknemers.