ECLI:NL:HR:2011:BP1405

Hoge Raad

Datum uitspraak
25 maart 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/04942
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huur bedrijfsruimte en gezag van gewijsde bij uitleg huurovereenkomst

In deze zaak gaat het om een huurgeschil betreffende een bedrijfsruimte. De Hoge Raad behandelt de betekenis van het gezag van gewijsde van een eerdere uitspraak in relatie tot de uitleg van de inhoud van de huurovereenkomst. De zaak is ontstaan na een beschikking van de kantonrechter te Amsterdam op 15 december 2008, gevolgd door een beschikking van het gerechtshof te Amsterdam op 8 september 2009. De verzoekster heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van het hof, terwijl de WOONVERENIGING SHB voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep heeft ingesteld. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere uitspraken en de ingediende stukken, waaronder het cassatierekest en het verweerschrift. De Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper heeft geconcludeerd tot verwerping van het principale cassatieberoep. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden, en dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Aangezien het principale beroep faalt, komt het voorwaardelijk ingestelde incidentele beroep niet aan de orde. De Hoge Raad verwerpt het principale beroep en veroordeelt de verzoekster in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van SHB zijn begroot op € 358,38 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.

Uitspraak

25 maart 2011
Eerste kamer
09/04942
RM/IF
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoekster],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie, verweerster in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,
advocaat: mr. E.F.A. Linssen-van Rossum,
t e g e n
de rechtspersoonlijkheid bezittende WOONVERENIGING SHB,
gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie, verzoekster in het voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep,
advocaten: mr. D. Rijpma en mr. A. van Staden ten Brink.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoekster] en SHB.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de beschikking in de zaak EA 08-1605 van de kantonrechter te Amsterdam van 15 december 2008;
b. de beschikking in de zaak 200.029.329/01 van het gerechtshof te Amsterdam van 8 september 2009.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft [verzoekster] beroep in cassatie ingesteld. SHB heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld. Het cassatierekest en het verweerschrift tevens houdende incidenteel cassatieberoep zijn aan dit arrest gehecht en maken daarvan deel uit.
Partijen hebben over en weer verweer gevoerd.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.
De advocaat van [verzoekster] heeft bij brief van 28 januari 2011 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel in het principale beroep
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Nu het middel in het principale beroep faalt, komt het voorwaardelijk ingestelde incidentele beroep niet aan de orde.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het principale beroep;
veroordeelt [verzoekster] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van SHB begroot op € 358,38 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 25 maart 2011.