ECLI:NL:HR:2011:BP1403

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 maart 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/01867
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over aanvulling cassatieverzoekschrift na verstrijken cassatietermijn

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, hebben de eisers tot cassatie, [Eiser 1] en [Eiseres 2], beroep ingesteld tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De zaak betreft een geschil met de Vereniging van Eigenaren van het 7-7 Shopping Centre, gevestigd in Curaçao. De eisers hebben aanvankelijk een cassatieverzoekschrift ingediend, maar hebben later een aanvulling op dit verzoekschrift gedaan, nadat de cassatietermijn was verstreken. De Hoge Raad moest zich buigen over de vraag of deze aanvulling op het cassatieverzoekschrift toegelaten kon worden.

De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 18 maart 2011 geoordeeld dat de aangevoerde klachten in de middelen niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad heeft daarbij verwezen naar artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO), dat bepaalt dat de klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Dit betekent dat de Hoge Raad de cassatieklachten als ondeugdelijk heeft aangemerkt.

De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eisers in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De kosten zijn begroot op € 2.080,38 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. Dit arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann, en is daarmee een belangrijke uitspraak in het civiele recht, met implicaties voor de procedurele mogelijkheden van partijen in cassatie.

Uitspraak

18 maart 2011
Eerste Kamer
09/01867
EV/IF
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [Eiser 1],
2. [Eiseres 2],
beiden wonende te [woonplaats],
EISERS tot cassatie,
advocaat: aanvankelijk mr. A.L.Chr.M. Oomen, thans mr. J.C.J. Smallenbroek,
t e g e n
VERENIGING VAN EIGENAREN 7-7 SHOPPING CENTRE,
gevestigd in Curaçao,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. J.A. Meijer.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] c.s. en VvE.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak van het gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Curaçao van 4 juni 2007;
b. het vonnis in de zaak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba van 10 februari 2009.
Het vonnis van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het vonnis van het hof hebben [eiser] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
VvE heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep en in een aanvullend verweerschrift verzocht [eiser] c.s. niet-ontvankelijk te verklaren in hun cassatieberoep. [Eiser] c.s. hebben hiertegen verweer gevoerd.
De zaak is voor [eiser] c.s. toegelicht door hun advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot strekt tot verwerping van het cassatieberoep met toepassing van art. 81 RO.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [eiser] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de VvE begroot op € 2.080,38 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en W.D.H. Asser, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 18 maart 2011.