ECLI:NL:HR:2011:BO7525

Hoge Raad

Datum uitspraak
21 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/02905
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissementsrecht en de bewijslastverdeling in cassatie

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om een verzoek tot cassatie van [verzoeker 1] en [verzoekster 2] tegen Strategos B.V. De zaak betreft faillissementsrecht, waarbij de Hoge Raad op 21 januari 2011 uitspraak doet. De verzoekers hebben in cassatie betoogd dat er summierlijk gebleken is van feiten en omstandigheden die aantonen dat de schuldenaar in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen. De Hoge Raad oordeelt echter dat, gelet op de gemotiveerde betwisting door de schuldenaar, onvoldoende is gebleken dat dwangsommen verbeurd zijn geraakt. Dit leidt tot een belangrijke overweging over de bewijslastverdeling in faillissementszaken. De Hoge Raad verwerpt het cassatieberoep en veroordeelt de verzoekers in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Strategos zijn begroot op € 385,34 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. De beslissing is openbaar uitgesproken door de raadsheren, waarbij de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman is gevolgd. De zaak is eerder behandeld in de rechtbank Rotterdam en het gerechtshof te 's-Gravenhage, waar de relevante beslissingen zijn genomen. De Hoge Raad verwijst naar deze eerdere uitspraken in zijn overwegingen.

Uitspraak

21 januari 2011
Eerste Kamer
10/02905
EE
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. [Verzoeker 1],
wonende te [woonplaats],
2. [Verzoekster 2],
gevestigd te [vestigingsplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. H.F.C. Kuijpers,
t e g e n
STRATEGOS B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. H.J.W. Alt.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [verzoeker] c.s. en Strategos.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de beschikking in de zaak 346479/FT-RK 10.20 van de rechtbank Rotterdam van 13 april 2010,
b. de beslissing in de zaak 200.066.352/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 6 juli 2010.
De beslissing van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beslissing van het hof hebben [verzoeker] c.s. beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
Strategos heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De zaak is toegelicht voor partijen door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten falen op de gronden vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt [verzoeker] c.s. in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van Strategos begroot op € 385,34 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en C.E. Drion, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 21 januari 2011.