ECLI:NL:HR:2011:BO6154
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen arrest Gerechtshof Amsterdam inzake proces-verbaal terechtzitting
Op 18 januari 2011 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in een cassatiezaak tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, gewezen op 15 juni 2009. De zaak betreft een klacht van de verdachte over de wijze waarop de bestreden uitspraak is aangetekend. De verdachte, geboren in 1973 en wonende te [woonplaats], heeft via zijn advocaat, mr. B.P. de Boer, een middel van cassatie voorgesteld. De klacht richtte zich op het feit dat de uitspraak niet volgens de vereiste regels was vastgelegd in het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep en dat er volstaan was met een verkort proces-verbaal.
De Advocaat-Generaal Machielse heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof, zodat het bestaande hoger beroep opnieuw kan worden behandeld. De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en de bestreden uitspraak vernietigd. De zaak is terugverwezen naar het Gerechtshof te Amsterdam voor herbehandeling.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling het middel van de verdachte als terecht voorgesteld aangemerkt, op basis van de gronden die in de conclusie van de Advocaat-Generaal zijn uiteengezet. De uitspraak van de Hoge Raad benadrukt het belang van een correcte vastlegging van processtukken in het strafrechtelijke proces, en bevestigt dat een verkort proces-verbaal niet voldoet aan de vereisten die aan een proces-verbaal gesteld worden.