ECLI:NL:HR:2011:BO5758
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot betaling van kinderalimentatie door jongmeerderjarige dochter wegens onvoldoende draagkracht
In deze zaak heeft de jongmeerderjarige dochter, hierna aangeduid als verzoekster, een verzoek tot cassatie ingediend tegen de beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De dochter verzocht om betaling van kinderalimentatie door haar vader, hierna aangeduid als verweerder. De rechtbank 's-Gravenhage had eerder op 15 september 2009 een beschikking gegeven, gevolgd door een beschikking van het hof op 26 mei 2010, waarin het verzoek om alimentatie werd afgewezen. De vader heeft in cassatie verzocht het beroep van de dochter te verwerpen. De Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad heeft overgenomen. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in de middelen niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling aan de orde stelden. De Hoge Raad heeft het beroep van de dochter op 21 januari 2011 verworpen, en de beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann. De zaak benadrukt de criteria voor het toekennen van kinderalimentatie en de rol van de draagkracht van de ouders.