ECLI:NL:HR:2011:BO5366

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/04890
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over aanwezigheid van verdachte tijdens hoger beroep en verstekverlening

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 januari 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1982, die ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd was in de Penitentiaire Inrichting 'Amsterdam, locatie de Tafelbergweg'. Het beroep in cassatie is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat mr. P.J. Stronks. De Advocaat-Generaal, Hofstee, heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing naar het Gerechtshof voor herbehandeling van de zaak.

De Hoge Raad heeft vastgesteld dat het Gerechtshof ten onrechte heeft geoordeeld dat de verdachte niet gedetineerd was op het moment van de behandeling van zijn zaak. Dit oordeel was gebaseerd op een formulier dat door de Advocaat-Generaal was overgelegd, waaruit bleek dat er geen controle had plaatsgevonden op de detentie van de verdachte op de relevante momenten. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof zijn beslissing tot verstekverlening niet voldoende heeft onderbouwd, waardoor het oordeel onbegrijpelijk is.

De Hoge Raad vernietigt het bestreden arrest en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam, zodat de zaak opnieuw kan worden behandeld op het bestaande hoger beroep. Deze uitspraak benadrukt het belang van het aanwezigheidsrecht van de verdachte tijdens de rechtszitting en de noodzaak voor zorgvuldige controle van de detentiestatus van verdachten in hoger beroep.

Uitspraak

18 januari 2011
Strafkamer
nr. 09/04890
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 25 november 2009, nummer 23/003468-09, in de strafzaak tegen:
[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982, ten tijde van de betekening van de aanzegging uit anderen hoofde gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting "Amsterdam, locatie de Tafelbergweg" te Amsterdam.
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. P.J. Stronks, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Hofstee heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.
2. Beoordeling van het middel
2.1. Het middel klaagt over de beslissing van het Hof tot verstekverlening.
2.2. Bij de stukken van het geding bevinden zich:
(i) Een akte van uitreiking gehecht aan het dubbel van de dagvaarding van de verdachte om te verschijnen ter terechtzitting van het Hof van 25 november 2009 inhoudende dat die dagvaarding op 21 oktober 2009 aan de verdachte - "uit anderen hoofde thans gedetineerd te Huis van Bewaring Havenstraat te Amsterdam"- in persoon is uitgereikt.
(ii) een formulier met als opschrift; "Openbaar Ministerie Ressortsparket Amsterdam" en inhoudende, na vermelding van het parketnummer en de naam van de verdachte in de onderhavige zaak:
"Controle momenten in VIPS of verdachten gedetineerd zijn:
1. Bij dagvaarden Hoger Beroep J;
2. 2 Dagen voor de zitting J;
3. Op de dag van de zitting J."
Daarbij is telkens de achter de letter J gestelde letter "N" doorgestreept, met toevoeging van een handgeschreven paraaf.
2.3. Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep houdt het volgende in:
"De advocaat-generaal legt over een formulier waaruit blijkt dat achtereenvolgens bij het dagvaarden, 2 dagen voor de terechtzitting van heden en heden door middel van geautomatiseerde informatiesystemen (VIP) is gecontroleerd of verdachte in een Nederlandse penitentiaire inrichting verbleef, hetgeen niet het geval bleek te zijn."
2.4. Nu zich bij de stukken van het geding geen ander dan het hiervoor onder 2.2 sub (ii) genoemde formulier bevindt met betrekking tot raadpleging van de zogenoemde Verwijs Index Personen, moet het ervoor worden gehouden dat het dat formulier is dat de Advocaat-Generaal bij het Hof ter terechtzitting heeft overgelegd.
Het Hof heeft zijn in de beslissing tot verstekverlening besloten liggende oordeel dat de verdachte ten tijde van de terechtzitting in hoger beroep niet was gedetineerd klaarblijkelijk gebaseerd op de inhoud van dat formulier. Dat oordeel is gelet op die inhoud - zoals hiervoor onder 2.2 sub (ii) weergegeven - onbegrijpelijk.
2.5. Het middel slaagt.
3. Slotsom
Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president F.H. Koster als voorzitter, en de raadsheren W.M.E. Thomassen en C.H.W.M. Sterk, in bijzijn van de waarnemend griffier S.C. Rusche, en uitgesproken op 18 januari 2011.