ECLI:NL:HR:2011:BN4239
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- J. de Hullu
- W.M.E. Thomassen
- H.A.G. Splinter-van Kan
- C.H.W.M. Sterk
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de omvang van het hoger beroep en het beroep op noodweer in een strafzaak
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 28 juni 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een verdachte die in eerste aanleg door de politierechter te Rotterdam was veroordeeld tot een geldboete voor bedreiging en was ontslagen van alle rechtsvervolging voor een tenlastegelegd feit van mishandeling. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld, maar de omvang van dit hoger beroep kwam ter discussie. Het Hof oordeelde dat het hoger beroep niet beperkt was, wat door de Hoge Raad werd bevestigd. De verdachte voerde aan dat hij had gehandeld uit noodweer, maar het Hof verwierp dit verweer zonder voldoende motivering. De Hoge Raad oordeelde dat de verwerping van het beroep op noodweer niet voldeed aan de wettelijke eisen van motivering, en vernietigde de bestreden uitspraak voor wat betreft de beslissingen over het onder 1 tenlastegelegde feit en de strafoplegging. De zaak werd terugverwezen naar het Gerechtshof te 's-Gravenhage voor herbehandeling. De Hoge Raad verwierp het beroep voor het overige, en concludeerde dat de zaak opnieuw moest worden beoordeeld, waarbij de motivering van het Hof ter zake van het beroep op noodweer niet voldeed aan de eisen van de wet.