ECLI:NL:HR:2010:BO8458

Hoge Raad

Datum uitspraak
24 december 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/03168
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwikkeling convenant bij scheiding van tafel en bed en dwingende bewijskracht notariële akte

In deze zaak gaat het om een geschil over de afwikkeling van een convenant dat door partijen is gesloten in het kader van een aanstaande scheiding van tafel en bed. De man, eiser tot cassatie, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de arresten van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Hertogenbosch en de arresten van het hof, die aan het arrest zijn gehecht. De vrouw, verweerder in cassatie, is niet verschenen. De advocaat van de man heeft de zaak toegelicht. De Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de kosten van het geding in cassatie gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De Hoge Raad oordeelt dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat dit geen nadere motivering behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Het arrest is gewezen op 24 december 2010 en openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.

Uitspraak

24 december 2010
Eerste Kamer
09/03168
EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[De man],
wonende te [woonplaats],
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. R.T.R.F. Carli,
t e g e n
[De vrouw],
wonende te [woonplaats],
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de man en de vrouw.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de vonnissen in de zaak 146125/HA ZA 06-1618 van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 25 oktober 2006, 7 maart 2007 en 11 juli 2007,
b. de arresten in de zaak HD 103.005.681 van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 25 november 2008 (tussenarrest) en 24 maart 2009 (eindarrest).
Beide arresten van het hof zijn aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen beide arresten van het hof heeft de man beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Tegen de vrouw is verstek verleend.
De zaak is voor de man toegelicht door zijn advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
compenseert de kosten van het geding in cassatie aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 24 december 2010.