ECLI:NL:HR:2010:BO0412

Hoge Raad

Datum uitspraak
15 oktober 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/02167
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissementsrecht en de kring der gerechtigden tegen de uitdelingslijst

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 oktober 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende faillissementsrecht. De verzoekster, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.P. de Klerk, heeft cassatie ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank 's-Gravenhage, die op 20 mei 2010 was gegeven in het kader van een insolventieprocedure. De Hoge Raad verwijst naar deze beschikking voor het verloop van het geding in feitelijke instantie. De kern van de zaak betreft de kring der gerechtigden die zich kan verzetten tegen de uitdelingslijst, zoals geregeld in artikel 184 van de Faillissementswet en artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie.

De Advocaat-Generaal L. Timmerman heeft in zijn conclusie geadviseerd om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatierekest zijn aangevoerd, beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 RO, er geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en deze beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann. De uitspraak benadrukt het belang van de regels omtrent de kring der gerechtigden in faillissementsprocedures en de voorwaarden waaronder cassatie kan worden ingesteld.

Uitspraak

15 oktober 2010
Eerste Kamer
10/02167
DV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoekster],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. M.P. de Klerk.
Verzoekster tot cassatie zal hierna ook worden aangeduid als [verzoekster].
1. Het geding in feitelijke instantie
Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak met het insolventienummer 06/651 R van de rechtbank 's-Gravenhage van 20 mei 2010.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft [verzoekster] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, F.B. Bakels en C.E. Drion, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 15 oktober 2010.