ECLI:NL:HR:2010:BO0083
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- J. de Hullu
- H.A.G. Splinter-van Kan
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanhoudingsverzoek wegens ziekte verdachte en de vereisten voor medische verklaring
In deze zaak gaat het om een aanhoudingsverzoek dat door de verdachte is ingediend in verband met zijn ziekte. De Hoge Raad behandelt het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden, dat op 28 november 2008 een verzoek tot aanhouding heeft afgewezen. De verdachte, geboren in 1974, had aangegeven door een zware vorm van bronchitis en hoge koorts niet in staat te zijn om ter zitting te verschijnen. Ondanks zijn verzoek om aanhouding, heeft het Hof dit afgewezen omdat de verdachte geen medische verklaring had overgelegd. De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen uit eerdere jurisprudentie en stelt dat de enkele omstandigheid dat de verdachte geen medische verklaring heeft overgelegd, niet voldoende is om het aanhoudingsverzoek te kunnen afwijzen. De Hoge Raad benadrukt dat het recht op aanwezigheid van de verdachte tijdens de behandeling van zijn zaak, zoals gewaarborgd in artikel 6 van het EVRM, zwaar weegt. Bijzondere omstandigheden kunnen echter meebrengen dat het belang van een behoorlijke strafvordering zwaarder weegt dan het belang van de verdachte om aanwezig te zijn. De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het Gerechtshof en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Leeuwarden, zodat de zaak opnieuw kan worden berecht en afgedaan.