ECLI:NL:HR:2010:BN8540
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- A. Hammerstein
- Rechtspraak.nl
Cassatie over berekening elektriciteitsverbruik bij onduidelijke omstandigheden
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, betreft het een geschil over de berekening van het elektriciteitsverbruik in een situatie waarin het verbruik niet kon worden vastgesteld. Dit probleem deed zich voor omdat er met een elektriciteitskabel was geknoeid. De zaak is aanhangig gemaakt door [eiser], wonende op Aruba, die in cassatie ging tegen een uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen van het gerecht in eerste aanleg van Aruba en het hof, die relevant zijn voor de beoordeling van de zaak.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier, die strekte tot verwerping van het beroep, is gevolgd. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit is in overeenstemming met artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat bepaalt dat geen nadere motivering nodig is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep van [eiser] en veroordeelt hem in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op een totaal van € 3.891,34. Dit bedrag bestaat uit € 1.691,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is openbaar gedaan op 26 november 2010, waarbij de raadsheren F.B. Bakels, W.D.H. Asser, C.E. Drion en A. Hammerstein betrokken waren.