Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 september 2010 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, gevestigd te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem. Het Gerechtshof had op 11 augustus 2009 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 08/00451, waarin het verzet van de belanghebbende tegen een eerdere uitspraak werd behandeld. De kwestie betrof de afwijzing van het verzoek van de belanghebbende tot restitutie van rioolrecht dat over de jaren 1988 tot en met 2000 was geheven voor het object gelegen aan a-straat 1 te Z.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO). Dit betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan, wat gebruikelijk is in gevallen waarin de rechtsvraag niet voor verdere behandeling in aanmerking komt. De uitspraak van het Gerechtshof blijft daarmee in stand, en de belanghebbende heeft geen recht op restitutie van het rioolrecht zoals verzocht.
Deze uitspraak is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de grenzen van de mogelijkheid tot restitutie van belastingheffingen, in dit geval rioolrecht, verduidelijkt. De Hoge Raad bevestigt hiermee dat de eerdere afwijzing door het Gerechtshof terecht was, en dat de belanghebbende niet in zijn verzoek kan worden ontvangen.