ECLI:NL:HR:2010:BN8027
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- E.J. Numann
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- C.E. Drion
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot vaststelling van de omvang van verrekenplichten op basis van huwelijkse voorwaarden na echtscheiding
In deze zaak gaat het om een verzoek tot vaststelling van de omvang van de verrekenplichten tussen partijen na hun echtscheiding. Partijen, man en vrouw, waren op huwelijkse voorwaarden getrouwd en hebben een periode van 23 jaar samen geleefd. Het huwelijk eindigde op 4 mei 2007. De man heeft cassatie ingesteld tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof, waarin werd geoordeeld dat de netto-opbrengst van de woning diende te worden verrekend. De vrouw was verplicht om de helft van deze opbrengst aan de man uit te keren. De man stelde dat hij recht had op de helft van de overwaarde van de woning, omdat de hypotheken op zijn naam stonden. Het hof verwierp dit standpunt en oordeelde dat de hypothecaire lening niet als een belegging of herbelegging van overgespaard inkomen kon worden aangemerkt, omdat er op de leningen niet was afgelost. De Hoge Raad bevestigde het oordeel van het hof en oordeelde dat de waarde van privégoederen die niet zijn verworven door aanwending van uit inkomsten bespaard en ongedeeld gebleven vermogen niet betrokken hoeft te worden in de verrekening van overgespaarde inkomsten bij het einde van het huwelijk. De Hoge Raad verwerpt het beroep van de man en bevestigt de beslissing van het hof.