ECLI:NL:HR:2010:BN6706
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- W.A.M. van Schendel
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Uitleg testamentair legaat en overgangsrecht in erfrecht
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, gaat het om de uitleg van een testamentair legaat en de toepasselijkheid van overgangsrecht. De eiseres, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. P.J.L.J. Duijsens, heeft cassatie ingesteld tegen de arresten van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een gelegateerde woning die op het moment van overlijden van de erflaatster verhuurd was aan de legataris. De Hoge Raad heeft de relevante feiten en eerdere uitspraken in de zaak in overweging genomen, waaronder een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage en meerdere arresten van het hof.
De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in de cassatie zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat inhoudt dat de klachten geen nadere motivering behoeven, omdat ze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de kosten van het geding in cassatie gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.
De uitspraak is gedaan door de vice-president J.B. Fleers en de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel, W.D.H. Asser en C.E. Drion, en is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann op 15 oktober 2010.