ECLI:NL:HR:2010:BN6118
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie in een Antillenzaak over onrechtmatige ontvreemdingen door voormalig dga
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gekomen, betreft het een cassatieberoep van verzoekster tegen een eindvonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba. De zaak draait om een reconventionele vordering van de vennootschap Coral Estate Resort Development N.V. (CERD) tegen haar voormalig directeur-grootaandeelhouder (dga) in verband met onrechtmatige ontvreemdingen. De feiten zijn als volgt: verzoekster heeft in eerste aanleg een vonnis verkregen, maar dit is in hoger beroep door het hof vernietigd. Het hof heeft in zijn eindvonnis van 7 oktober 2008 geoordeeld dat de vorderingen van verzoekster niet toewijsbaar zijn. Verzoekster heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit eindvonnis.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal J. Wuisman, die strekte tot verwerping van het cassatieberoep, in overweging genomen. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, waaruit volgt dat geen nadere motivering vereist is wanneer de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het cassatieberoep verworpen en verzoekster veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 703,65 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. Dit arrest is uitgesproken in het openbaar op 29 oktober 2010 door de raadsheren van de Hoge Raad.