ECLI:NL:HR:2010:BN1398
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Faillissement en onderzoek naar vorderingsrecht in cassatie
In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, betreft het een verzoek tot cassatie van PRIME SPORTSGEAR B.V. tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak draait om de vraag of de appelrechter gehouden is tot nader onderzoek naar de faillissementssituatie, vooral in het licht van de vorderingsrechten van de aanvrager die in eerste aanleg ten onrechte zijn aangenomen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage en het gerechtshof, waarbij het hof op 9 maart 2010 een arrest heeft gewezen dat aan het arrest van de Hoge Raad is gehecht. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. H.P. Schouten, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, dat de aanvrager in faillissementskosten heeft veroordeeld. De verweerder heeft een verweerschrift ingediend, en de zaak is behandeld met inachtneming van de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekt. De Hoge Raad heeft de klachten die in de middelen zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden en heeft geoordeeld dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit arrest is op 24 september 2010 openbaar uitgesproken.