ECLI:NL:HR:2010:BN1398

Hoge Raad

Datum uitspraak
24 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/01191
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissement en onderzoek naar vorderingsrecht in cassatie

In deze zaak, die voor de Hoge Raad is gebracht, betreft het een verzoek tot cassatie van PRIME SPORTSGEAR B.V. tegen een eerdere uitspraak van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak draait om de vraag of de appelrechter gehouden is tot nader onderzoek naar de faillissementssituatie, vooral in het licht van de vorderingsrechten van de aanvrager die in eerste aanleg ten onrechte zijn aangenomen. De Hoge Raad verwijst naar de eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage en het gerechtshof, waarbij het hof op 9 maart 2010 een arrest heeft gewezen dat aan het arrest van de Hoge Raad is gehecht. De aanvrager, vertegenwoordigd door mr. H.P. Schouten, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, dat de aanvrager in faillissementskosten heeft veroordeeld. De verweerder heeft een verweerschrift ingediend, en de zaak is behandeld met inachtneming van de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekt. De Hoge Raad heeft de klachten die in de middelen zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden en heeft geoordeeld dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Dit arrest is op 24 september 2010 openbaar uitgesproken.

Uitspraak

24 september 2010
Eerste Kamer
10/01191
DV/TT
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
PRIME SPORTSGEAR B.V.,
gevestigd te Delft,
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. M. Snoek,
t e g e n
[Verweerder],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
advocaat: mr. A.C.E.G. Cordesius.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als Sportsgear en [verweerder].
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. het vonnis in de zaak met het rekestnummer 341639/FT-RK 09.1462 van de rechtbank 's-Gravenhage van 27 januari 2010;
b. het arrest in de zaak 200.055.876/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 9 maart 2010.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Sportsgear beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
[Verweerder] heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is voor Sportsgear toegelicht door mr. H.P. Schouten en voor [verweerder] door zijn advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot verwerping.
3. Beoordeling van de middelen
De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, W.A.M. van Schendel en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.B. Bakels op 24 september 2010.