Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 juni 2010 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo. Het College had cassatie ingesteld tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem, die op 11 februari 2009 was gewezen in de zaak met nummer 06/00042. De kwestie betrof een aanslag in de baatbelasting die was opgelegd aan X B.V. te Z. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie ongegrond verklaard, wat betekent dat de eerdere uitspraak van het Gerechtshof in stand blijft. Dit arrest is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de toepassing van de baatbelasting en de bevoegdheden van gemeenten in dit kader verduidelijkt. De Hoge Raad verwijst in zijn uitspraak ook naar een eerder arrest, 09/01161, dat relevant is voor de beoordeling van deze zaak. De uitspraak van de Hoge Raad biedt inzicht in de juridische overwegingen die hebben geleid tot de ongegrondverklaring van het cassatieberoep, en benadrukt de rol van de hogere rechtspraak in het waarborgen van de rechtszekerheid voor zowel de belastingplichtigen als de belastingautoriteiten.