ECLI:NL:HR:2010:BM6109
Hoge Raad
- Cassatie
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- J.C. van Oven
- C.A. Streefkerk
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over uitleg stellingen door appelrechter in civiele procedure
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 juli 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen eiser en Boha Oliemaatschappij B.V. Eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A.M. Essed, heeft cassatie ingesteld tegen de arresten van het gerechtshof te Amsterdam. De zaak betreft de uitleg van stellingen door de appelrechter, zoals geregeld in artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad verwijst naar eerdere tussenvonnissen en arresten in de feitelijke instanties, waaronder een eindvonnis van de kantonrechter te Haarlem en een tussenarrest van het gerechtshof. De advocaat-generaal F.F. Langemeijer heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, wat de Hoge Raad heeft overgenomen. De Hoge Raad heeft het beroep van eiser verworpen en hem veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 384,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden, zonder dat verdere motivering nodig is, omdat deze niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.