Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 mei 2010 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van X, woonachtig te Z, tegen een eerdere uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden. De zaak betreft een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen, alsook een boetebeschikking die aan deze navorderingsaanslag was verbonden. De uitspraak van het Gerechtshof, gedateerd 31 juli 2009, met nummer 08/00112, werd door X aangevochten, wat leidde tot het cassatieberoep bij de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie afgedaan met toepassing van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO). Dit betekent dat de Hoge Raad de zaak zonder inhoudelijke behandeling heeft afgedaan, wat gebruikelijk is in gevallen waar de rechtsvraag niet voldoende gewicht heeft of de uitspraak van het hof niet in strijd is met het recht. De uitspraak van de Hoge Raad heeft daarmee de beslissing van het Gerechtshof bevestigd, en de navorderingsaanslag en de boete blijven in stand. Deze uitspraak is van belang voor de rechtspraktijk, vooral in zaken die betrekking hebben op belastingrecht en de mogelijkheden tot cassatie in dergelijke gevallen.