ECLI:NL:HR:2010:BM3292
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C. Schaap
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag overdrachtsbelasting aan belastingplichtige en niet aan notaris
In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie van belanghebbende tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, die betrekking heeft op een naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting. De naheffingsaanslag werd opgelegd aan belanghebbende naar aanleiding van de verkrijging van de economische eigendom van een onroerende zaak. De Inspecteur had de aanslag gehandhaafd na bezwaar, maar de Rechtbank te Breda verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de uitspraak van de Inspecteur, waarbij de aanslag werd verminderd. Belanghebbende ging in hoger beroep bij het Hof, dat de uitspraak van de Rechtbank bevestigde. Hierna stelde belanghebbende beroep in cassatie in.
De Hoge Raad beoordeelt de klachten van belanghebbende, die onder meer aanvoert dat de naheffingsaanslag niet aan haar, maar aan de notaris had moeten worden opgelegd. De Hoge Raad stelt vast dat volgens artikel 20, lid 2, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) de naheffingsaanslag moet worden opgelegd aan degene die de belasting op aangifte had behoren te betalen. De Hoge Raad concludeert dat de notaris geen wettelijke verplichting heeft om de overdrachtsbelasting op aangifte te voldoen. De klachten van belanghebbende worden verworpen, en de Hoge Raad oordeelt dat de uitspraak van het Hof in stand blijft.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond en ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de vice-president J.W. van den Berge, met de raadsheren C. Schaap en A.H.T. Heisterkamp, en openbaar uitgesproken op 7 mei 2010.