ECLI:NL:HR:2010:BL8640
Hoge Raad
- Cassatie
- F.H. Koster
- W.M.E. Thomassen
- M.A. Loth
- Rechtspraak.nl
Afwijzing getuigenverzoek in strafzaak tegen verdachte wegens ontuchtige handelingen met minderjarigen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 1 juni 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte was eerder door de Rechtbank veroordeeld voor ontuchtige handelingen met zijn minderjarige kinderen. Tijdens de hoger beroepsprocedure verzocht de raadsman van de verdachte om de getuige [slachtoffer 1] te horen, omdat deze had aangegeven dat hij niet naar waarheid had verklaard onder druk van zijn familie. Het Hof heeft dit verzoek afgewezen, met de overweging dat de noodzaak om de getuige opnieuw te horen niet aanwezig was, omdat de getuige eerder consistent had verklaard. De Hoge Raad oordeelde echter dat het Hof ten onrechte op de door de getuige af te leggen verklaring was vooruitgelopen en dat de afwijzing van het verzoek onvoldoende gemotiveerd was. De Advocaat-Generaal had zich niet verzet tegen het verhoor van de getuige, wat de noodzaak van het verhoor verder onderstreept. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak en wees de zaak terug naar het Gerechtshof voor een nieuwe behandeling.