ECLI:NL:HR:2010:BL2241
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Verzuim om binnen acht dagen na kennisname uitspraak hoger beroep in te stellen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 26 maart 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. De verzoekster tot cassatie, vertegenwoordigd door advocaat mr. C.J. van Woerden, had beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Gravenhage. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank 's-Gravenhage. De Hoge Raad verwijst naar de relevante stukken uit de feitelijke instanties, waaronder de vonnissen van 17 maart 2009 en 16 september 2009, en het arrest van het hof van 19 november 2009. De kern van de zaak betreft de vraag of de verzoekster verzuimd heeft om binnen acht dagen na kennisname van de uitspraak hoger beroep in te stellen, zoals vereist volgens artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie (RO). De Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden en dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. Uiteindelijk verwerpt de Hoge Raad het beroep, en dit arrest is openbaar uitgesproken door raadsheer E.J. Numann.