ECLI:NL:HR:2010:BL1123
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Terugbetaling vervallen beslagsom na rekening en verantwoording door rendant
In deze zaak heeft eiser, wonende te [woonplaats], verweersters, [verweerster 1] en [verweerster 2], gedagvaard voor de rechtbank Alkmaar. Eiser vorderde te verklaren voor recht dat hij rekening en verantwoording heeft afgelegd zoals bedoeld in een eerder vonnis van de rechtbank van 22 februari 1990. Daarnaast vorderde hij een betaling van € 45.378,02, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank heeft op 4 juli 2007 bij verstekvonnis de vorderingen van eiser afgewezen. Eiser heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam.
Het gerechtshof heeft op 27 maart 2008 het verstekvonnis van de rechtbank vernietigd en voor recht verklaard dat eiser rekening en verantwoording heeft afgelegd zoals bedoeld in het vonnis van 22 februari 1990. Het hof heeft echter het meer of anders gevorderde afgewezen. Eiser heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof, waarbij verstek is verleend tegen verweersters.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van Advocaat-Generaal L. Strikwerda, die tot verwerping van het beroep strekte, in overweging genomen. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en eiser in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van verweersters zijn begroot op nihil. De uitspraak is gedaan op 19 maart 2010 door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk, en openbaar uitgesproken door raadsheer W.A.M. van Schendel.