ECLI:NL:HR:2010:BL0010
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor schade door oneigenlijk gebruik van tankpas
In deze zaak heeft Eureka Uitzendbureau B.V. (hierna: Eureka) een vordering ingesteld tegen [verweerder] c.s. wegens schade die zij heeft geleden door oneigenlijk gebruik van een tankpas die aan hen ter beschikking was gesteld. De vordering, die is ingesteld bij exploot van 14 maart 2005, betrof een bedrag van € 4.054,94, vermeerderd met rente en kosten. De rechtbank te Dordrecht heeft de zaak in eerste instantie behandeld en na een comparitie van partijen, bij eindvonnis van 5 oktober 2005, de zaak naar de kantonrechter verwezen. De kantonrechter heeft op 13 juli 2006 [verweerder] c.s. veroordeeld tot betaling van € 3.383,50, maar het meer of anders gevorderde is afgewezen.
Tegen deze vonnissen hebben [verweerder] c.s. hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft op 28 maart 2008 het vonnis van de rechtbank vernietigd en de vordering van Eureka afgewezen. Eureka heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen dit arrest. De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal L. Timmerman strekte tot verwerping van het cassatieberoep. De advocaat van Eureka heeft hierop gereageerd, maar de Hoge Raad heeft het beroep verworpen en Eureka in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, begroot op nihil aan de zijde van [verweerder] c.s.
De Hoge Raad heeft in zijn arrest op 5 maart 2010 geoordeeld dat de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.