ECLI:NL:HR:2010:BK9634
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de inhoud van een overeenkomst tussen opdrachtgever en taxateur van onroerend goed
In deze zaak gaat het om een geschil tussen MAATSCHAPPIJ TOT EXPLOITATIE VAN ONROERENDE GOEDEREN VERZICHT B.V. (hierna: Verzicht) en een verweerster die niet is verschenen. De zaak is gestart met een dagvaarding door Verzicht op 18 april 2007, waarin zij de verweerster heeft gedagvaard voor de rechtbank 's-Gravenhage, sector kanton. Verzicht vorderde een betaling van € 3.010,70, vermeerderd met rente en kosten. De verweerster heeft de vordering bestreden en verzocht om ontbinding van de overeenkomst op grond van wanprestatie. De kantonrechter heeft op 5 september 2007 Verzicht veroordeeld tot betaling van € 3.137,40, met rente en kosten, en het meer of anders gevorderde afgewezen. Verzicht heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. Het hof heeft bij tussenarrest van 31 oktober 2007 een comparitie van partijen gelast en bij eindarrest van 9 juni 2009 het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd. Verzicht heeft vervolgens beroep in cassatie ingesteld tegen dit eindarrest. De Hoge Raad heeft op 5 maart 2010 het beroep verworpen en Verzicht in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, tot op deze uitspraak aan de zijde van de verweerster begroot op nihil. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten in het middel niet tot cassatie kunnen leiden, en dat nadere motivering niet nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.