ECLI:NL:HR:2010:BK6679

Hoge Raad

Datum uitspraak
29 januari 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/01061
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van de schuldsaneringsregeling zonder schone lei

In deze zaak gaat het om de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de verzoeker, die op 12 juni 2006 door de rechtbank 's-Hertogenbosch was uitgesproken voor een periode van drie jaar. De rechter-commissaris heeft op 19 mei 2008 verzocht om de toepassing van de schuldsaneringsregeling te beëindigen, waarbij de looptijd van de regeling werd verkort tot de datum waarop het vonnis in kracht van gewijsde gaat, zonder toekenning van de schone lei. De rechtbank heeft dit verzoek op 13 november 2008 toegewezen. De verzoeker heeft hiertegen hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat op 4 maart 2009 het vonnis heeft bekrachtigd. Tegen dit arrest heeft de verzoeker cassatie ingesteld.

De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 29 januari 2010 geoordeeld dat de klachten die in het cassatieberoep zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat, gezien artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering nodig is, omdat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad verwerpt het beroep, waarmee de eerdere uitspraken van de rechtbank en het gerechtshof in stand blijven.

Uitspraak

29 januari 2010
Eerste Kamer
09/01061
EV/IS
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[Verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen.
Verzoeker tot cassatie zal hierna ook worden aangeduid als [verzoeker].
1. Het geding in feitelijke instanties
Bij vonnis van 12 juni 2006 heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch ten aanzien van [verzoeker] de definitieve toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken voor de looptijd van drie jaar.
De rechter-commissaris heeft op 19 mei 2008 die rechtbank verzocht de toepassing van de schuldsaneringsregeling van [verzoeker] te beëindigen door de looptijd van de schuldsaneringsregeling te verkorten tot de datum waarop het vonnis van de rechtbank in kracht van gewijsde gaat, zonder toekenning van de schone lei.
De rechtbank heeft bij vonnis van 13 november 2008 hetgeen de rechter-commissaris heeft verzocht toegewezen.
Tegen dit vonnis heeft [verzoeker] hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.
Bij arrest van 4 maart 2009 heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda strekt tot verwerping van het beroep met toepassing van art. 81 RO.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 29 januari 2010.